Nota Wetenschapsbevordering
Nota: Beleid voor Wetenschapsbevordering van de klinisch (neuro-) psycholoog
door de Stichting WKK te Utrecht.
(vastgesteld bestuursvergadering 13 november 2018)
Overzicht inhoud:
Bijlagen
I. Inleiding
In april 2014 is bij notariële akte opgericht een Stichting met de volgende naam en doelstelling:
Naam en Zetel
Artikel 1.
- De stichting draagt de naam: Stichting Wetenschapsbevordering Klinisch psycholoog en Klinisch neuropsycholoog.
- Zij is gevestigd te Utrecht.
Doel
Artikel 2.
- De stichting heeft ten doel: het bevorderen van de wetenschappelijke kennis van klinisch psychologen en klinisch neuropsychologen in Nederland (artikel 14 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg), en voorts al hetgeen met één en ander rechtstreeks of zijdelings verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn, alles in de ruimste zin des woords.
- Zij tracht dit doel te bereiken door onder meer:
- het organiseren van wetenschappelijke activiteiten voor klinisch psychologen en klinisch neuropsychologen in Nederland of anderen daarin te ondersteunen;
- de disseminatie van wetenschappelijke kennis en het ondersteunen van wetenschappelijke projecten op het gebied van de klinische psychologie en klinische neuropsychologie.
Vermogen
Artikel 3.
In artikel 3 van deze statuten worden de mogelijke middelen die hiervoor aangewend kunnen worden, genoemd:
- Het vermogen van de stichting wordt gevormd door alle ontvangen bijdragen, subsidies, giften, legaten, erfstellingen, het organiseren van symposia, congressen en dergelijke alsmede andere baten.
- Erfstellingen mogen slechts worden aanvaard onder het voorrecht van boedelbeschrijving. (einde citaat)
Het bestuur heeft in opeenvolgende samenstellingen, jaarlijks voorafgaande en daarna ook vanaf de oprichtingsdatum, een landelijk Congres georganiseerd. Dit wordt ook wel het Jaar Congres genoemd, met daaraan voorafgaande het opeenvolgende nummer. In 2018 werd het Tiende Jaar Congres georganiseerd.
Programma, inschrijvingsprocedure en een onafhankelijk tot stand gekomen verslag en bespreking van elk Congres wordt gepubliceerd op de website van de Stichting WKK: www.stichtingwkk.nl
Tijdens elk congres wordt door een onafhankelijke jury een zo genoemde RINOGROEP Posterprijs uitgereikt aan een voor het specialisme in opleiding zijnde klinisch (neuro-)psycholoog, die daarmee aangemoedigd en gewaardeerd wordt voor origineel en veelbelovend opgezet en/of verricht wetenschappelijk onderzoek.
Van meet af aan is het de bedoeling van het bestuur van de Stichting geweest om revenuen te laten terugvloeien naar de leden-specialisten of vertegenwoordigende instellingen van beide specialismen, zijnde klinisch (neuro-)psychologen, voorzover zij wetenschappelijke activiteiten of werkzaamheden (willen) verrichten of kennis dissemineren die tot het doel van de Stichting strekken of naar wetenschappelijke instellingen waarbinnen onderzoek op één van beide wetenschappelijke kennisgebieden van deze specialismen wordt verricht.
In 2016 heeft het bestuur vastgesteld dat het tot dan opgebouwde vermogen toereikend is om naast een aan te houden en vereiste financiële reserve, tot de benoeming van doelen en instrumenten te komen. Na beoordeling, kunnen jaarlijks gelden uit het ter beschikking staande gedeelte van dit vermogen, worden toegekend aan deze doelen en instrumenten, tot een (jaarlijks) vastgesteld maximum. Hiertoe is uit het bestuur een wetenschapscommissie benoemd. Het is de bedoeling om in 2019 (een) eerste toekenning(en) vast te stellen.
In deze nota worden hoofdlijnen voor een beleid voor wetenschapsbevordering beschreven door deze wetenschapscommissie.
Het bestuur heeft deze nota vastgesteld in haar vergadering 13 november 2018.
De nota zal door voortschrijdend inzicht, ervaring en mogelijk ook verruiming van middelen kunnen worden gewijzigd en aangevuld.
II. Hoofdlijnen van beleid
Het te vormen en vast te stellen beleid wordt gekaderd door bovengenoemde doelstelling en middelen. Binnen deze doelstelling en door de hieruit afgeleide hoofdlijnen wordt een missie en visie onder woorden gebracht, waaruit verschillende doelen en instrumenten worden benoemd. Voor de beoordeling van aanvragen voor deze doelen en instrumenten zal een procedure worden beschreven en bekendgemaakt. Aanvragers worden geïnformeerd over deze aanvraagprocedure en de beoordelingscriteria die gelden voor aanvraag en beoordeling. De daarvoor benodigde organisatie, in de zin van beoordelingscommissie(s), bestuur (commissie van advies, adviseur of wetenschapsadviescommissie) en (raad van) toezicht (referenten) wordt in kaart gebracht. Ook wordt aandacht besteed aan evaluatie en verantwoording.
In deze nota wordt ten aanzien van al deze onderdelen en/of onderwerpen een begin van een beleid beschreven en vastgelegd.
III. Missie, of mission statement
De Stichting WKK heeft niet tot doel het maken van winst, om de winst. Allerminst. De Stichting is expliciet in het leven geroepen om de wetenschappelijke kennis, vaardigheden en toepassing ervan in de klinische praktijk van de klinisch (neuro-)psycholoog te bevorderen en op een hoger niveau te brengen.
Beide specialismen van de Gezondheidszorgpsychologie bestaan in wettelijke zin slechts korte tijd, namelijk sinds 2006 en 2008, door de besluiten van het College Specialismen Gezondheidszorgpsycholoog en Psychotherapeut (CSGP) deel uitmakend van het FGzPt, overgenomen en vastgesteld door de Minister van VWS. Het wetenschappelijk vakgebied van beide specialismen bestaat in Nederland en daarbuiten al langer, maar is sinds een halve eeuw (sterk) groeiende in omvang en specialisatie. Toch kan en moet er gesproken worden van relatief jonge specialismen en vakgebieden, tegen de achtergrond van al meerdere eeuwen bestaande medische en natuurwetenschappelijke vakgebieden en specialismen. Beide specialismen beogen scientist-practionners op te leiden. De vertaling van wetenschappelijke kennis en kunde vanuit de academische werkvelden naar de praktijk enerzijds, en de behoeften en aanwezige beperkingen vanuit de klinische werkvelden naar de academische werkplaatsen anderzijds, staat als het ware nog in de kinderschoenen. Anders gezegd: de traditie is nog jong, kwetsbaar maar ook groeiende, en behoeft versteviging. Daar zijn financiële middelen voor nodig die vanwege die prille traditie nog niet voldoende beschikbaar zijn. Financiële bronnen komen veelal beschikbaar nàdat onderzoek op hun maatschappelijke belang voor de gezondheidszorg is komen vast te staan.
De Stichting wil de wetenschappelijke kennis, kunde en toepassing ervan juist bevorderen door doelen en instrumenten in het leven te roepen en hiervoor gelden beschikbaar te stellen, die de wetenschappelijke traditie en maatschappelijke opbrengst versterken en vergroten. Daar zijn getalenteerde, bevlogen (jonge) wetenschappers voor nodig, die aangemoedigd, onderscheiden en gefaciliteerd in hun wetenschappelijke werk worden. Mogelijkheden om wetenschapsbeoefening naast èn met de klinische praktijk te combineren, kunnen meer worden ondersteund.
Het bovenstaande is primair het werkterrein van de Stichting, is in essentie datgene waarvoor de Stichting in het leven is geroepen. Specifieke of aanverwante instituties op vergelijkbaar (werk)terrein bestaan vanwege de beschreven jonge traditie nog niet.
De Stichting zal zich laten leiden door integriteit en transparantie: heldere criteria, beoordeling en verantwoording, voor te leggen aan het collegiale forum.
Hoogleraren, hoofdopleiders, P-opleiders en hun conventen waarderen bestaan, werkwijze en betekenis van de Stichting en brengen deze onder de aandacht van (afstuderende) specialisten. Ambitie van de Stichting is een vaste waarde en erkende positie in het academische èn klinische werkveld te verwerven. Genoemde vertegenwoordigers en leden-specialisten van beide werkvelden weten de weg naar de Stichting te vinden, en vinden het belangrijk te participeren in de organisatie en werkzaamheden van de Stichting. Het bestuur van de Stichting beseft dat hiervoor ook tijd nodig is, en zal doelen en instrumenten op korte en lange termijn formuleren, steeds met een duurzaam karakter en resultaat.
IV. Visie
De Stichting wil in de nu nog wat verdere toekomst, (mede) een bijzondere leerstoel financieren, een hoogleraarschap met als leeropdracht de (ontwikkeling van) wetenschappelijke kennis toepasbaar in de klinische praktijk te stimuleren, verhogen en te dissemineren. Door de (mede) financiering van een dergelijke bijzondere leerstoel zal de belangrijkste doelstelling van de Stichting verankert en gepositioneerd zijn in de universitaire wereld in relatie met het klinische werkveld, middels de postacademiale beroepsopleidingen als intermediair. Dat betekent dat belangrijke stakeholders werkzaam op deze terreinen de doelstelling, werkwijze en mogelijkheden van de Stichting (h)erkennen. Met hen, hoogleraren en clinici, (hoofd-)opleiders en P-opleiders, wetenschappelijke verenigingen en waar aangewezen beroeps- of vakverenigingen, zal intensief contact zijn.
Idealiter is de Stichting een niet weg te denken gewaardeerde gesprekspartner, en medefinancier van projecten, programma’s en individuele trajecten die binnen haar doelen en instrumenten positief zijn beoordeeld.
De aanwezigheid en aanwending van middelen van de Stichting heeft een versnellende, faciliterende en stimulerende uitwerking op projecten en programma’s of activiteiten.
Innovatie wordt bevorderd door ondersteuning van een ondernemend klimaat in het bedrijven van wetenschappelijk onderzoek. De Stichting zal een kenmerkende en onderscheidende trait-d’union functie hebben ontwikkeld in de wisselwerking van wetenschap en praktijk. De Stichting zal dit bereiken door een heldere, eenvoudige en coherente werkwijze die voor derden duidelijk toetsbaar en begrijpelijk is.
V. Doelen
In deze paragraaf worden achtereenvolgens de op dit moment vastgestelde doelen genoemd en omschreven. Deze weergave is niet limitatief en door evaluatie en/of wijziging in te maken strategische keuzen, aan verandering onderhevig:
5.1
Het (mede)financieren en organiseren van wetenschappelijke (studie-)bijeenkomsten, (thematische) debatten en (methodisch-statistische) cursussen, het organiseren van onderwijs in wetenschappelijk schrijven en rapporteren daaronder begrepen.
5.2
Het (mede)financieren van toegepast wetenschappelijk onderzoek binnen de specialistische beroepsopleiding.
5.3
Het (mede)financieren van een wetenschappelijke onderzoeksstage aan een buitenlands, gerenommeerd wetenschappelijk opleidingsinstituut, als onderdeel van de beroepsopleiding, al of niet als onderdeel van het promotie-traject.
5.4
Het financieren van een buitenlands studiebezoek aan congres of wetenschappelijk onderzoeksprogramma- en/of instituut tijdens de specialistische beroepsopleiding.
5.5
Het (mede) financieren van een of meerdere (onderdelen van) promotietrajecten(van een GioS).
5.6
Het financieren van deelname aan de Top-klas wanneer financiële ondersteuning door de Overheid onmogelijk of ontoereikend is en eigen middelen of middelen van de werkgever ontbreken, daaronder begrepen het in gelimiteerde tijd betalen van de rente op een (commerciële) studielening.
5.7
Het (mede-)financieren van de jaarlijkse RINOGROEP Posterprijs voor onderscheidend, helder en innoverend toegepast wetenschappelijk onderzoek door een GioS.
5.8
Het instellen van een nader te noemen Award voor onderscheidend, vernieuwend en onmiskenbaar innoverend wetenschappelijk (promotie-)onderzoek waarin de toepasbaarheid in de klinische praktijk onbetwistbaar van hoog gehalte is.
5.9
Het doen verschijnen van een digitaal beschikbare en in deze vorm verspreidde jaarlijkse editie van een nader te noemen Tijdschrift of Platform waarin wetenschappelijk onderzoek van GioS wordt vermeld en besproken, evenals promotietrajecten in het verlengde daarvan.
Hieraan gekoppeld een op een te ontwerpen website te lezen en down te loaden aanvullende (achtergrond-)informatie, voorzien van een forumfunctie. Het ontwikkelen van behulpzame Apps waarin wetenschappelijke kennis en informatie over stand van zaken tussen deze kennis en klinische praktijk.
5.10
Het instellen en (mede)financieren van een bijzondere leerstoel, met als leeropdracht de wetenschappelijke kennis en de toepasbaarheid in de klinische praktijk te vergroten.
5.11
Het (mede)financieren van wetenschappelijk verantwoord, en maatschappelijk relevant klinisch (neuro-)psychologisch onderzoek dat toepasbaar en direct ten goede komt van de patiëntenzorg.
VI. Instrumenten
Hoewel een doel in zekere zin ook als een instrument kan worden opgevat, wordt in deze nota onder een instrument verstaan: een samenhangend, welomschreven programma van wetenschappelijke onderzoeksactiviteiten- of projecten met als doel (diagnostische) kennis en inzicht in specifieke stoornissen, hun maatschappelijke implicatie(s) en behandelingsmogelijkheden te vergroten en daarmee te verbeteren.
Voorbeelden daarvan kunnen zijn de (mede-)financiering van (eventueel interdisciplinaire) onderzoeksprogramma’s op het gebied van psycho-oncologie, psycho-traumatologie, psychische zorg spieraandoeningen. Maar ook kan gedacht worden aan co-financiering van (een) door ZonMw erkende onderzoeksproject(en) in een programmatisch kader.
Op dit moment lijkt het nog te vroeg om aan (mede-)financiering op basis van programmatische doelen c.q. instrumenten te gaan denken en doen. Pas nadat ruime ervaring en bestendig beleid is komen te bestaan met de (mede-)financiering van doelen (V), zal verdere invulling van beleid t.a.v. instrumenten ter hand genomen (kunnen) worden.
VII. Criteria
Voor elk goedgekeurd, welomschreven doel (zie Bijlage I, Tabel) worden op de algemene criteria aanvullende specifieke beoordelingscriteria geformuleerd waar de aanvraag of het voorstel, zowel naar inhoudelijke motivering als verantwoording, aan dient te voldoen. De toetsing aan de(ze) beoordelingscriteria is volgbaar en wordt op transparante wijze gecommuniceerd, als opgenomen en vermeld in de procedure en criteria (Bijlage II & III).
VIII. Procedure(s) voor aanvraag en indienen
Ten behoeve van het indienen van een aanvraag wordt een (digitaal) aanvraagformulier gehanteerd. In het aanvraagformulier wordt de vereiste informatie aangeleverd die bij de aanvraag gevoegd dient te worden. Het indienen van een aanvraag dient vóór een voor dit doel bekend gemaakte datum plaats te vinden. In de procedure wordt de behandeling en beoordeling van de aanvraag beschreven, alsmede de termijn waarbinnen dat is gerealiseerd. Het besluit wordt schriftelijk medegedeeld, waarbij de criteria worden gevolgd. Op het besluit is geen beroep en/of bezwaar mogelijk.
In Bijlage II staat de algemene procedure aanvraag beschreven. Per doel kan op bepaalde punten verbijzondering hiervan plaatsvinden. De samenstelling van de beoordelingscommissie is vooraf bekend gemaakt.
IX. Organisatie
Het beleid voor Wetenschapsbevordering wordt ontwikkeld door en onder verantwoordelijk van de Wetenschapscommissie van de Stichting WKK uitgevoerd.
Het bestuur van de Stichting WKK stelt (meer-)jaarlijks het beleid vast en keurt achteraf de ten uitvoerlegging hiervan al dan niet goed, mede op basis van het verslag van de voorzitter van de Wetenschapscommissie. Bestuur en Commissie worden bijgestaan door een Adviescommissie Wetenschapsbevordering Specialismen (AWS). Deze Adviescommissie wordt gevormd door een drietal hoogleraren met een leeropdracht binnen de klinische (neuro-) psychologie; twee hoogleraren komen voort uit de klinische psychologie, één hoogleraar uit de klinische neuropsychologie. De taak van de Adviescommissie is om het bestuur en de Wetenschapscommissie desgevraagd te adviseren over het te volgen beleid, en de daaruit voorvloeiende doelen en instrumenten.
Ten behoeve van beoordeling is een beoordelingscommissie samengesteld, die uit hun midden eventueel voor een specifiek doel een subcommissie beoordeling kan instellen. Beoordeling volgt een vooraf bekendgemaakte procedure en een (specifieke) set van beoordelingscriteria.
De beoordelingscommissie wordt samengesteld uit, van de commissie beoordeling maken deel uit……*
Ten behoeve van financiële verantwoording kan een Commissie Financieel Toezicht (CFT) worden benoemd. Deze commissie heeft als doel toegekende budgetten, aanvragen en afhandeling evenals de jaarlijkse financiële verantwoording hiervan, te volgen en te toetsen aan het vastgestelde beleid en hierover verslag te doen.
Voor de doelen 5.1, 5.7 en 5.9 kunnen aanvragen of uitgaven tot € 7.500,-. per jaar afgehandeld worden door de Wetenschapscommissie.
Voor de overige doelen wordt bovenvermelde procedure en beoordeling aan de hand van criteria gevolgd. Jaarlijks wordt door het bestuur van de Stichting een maximaal te besteden bedrag vastgesteld, geconcretiseerd naar doel of instrument.
Jaarlijks wordt verslag gedaan van de (co-)financiering van doelen.
*Nog nader vast te leggen
X. Beoordeling en Onafhankelijkheid
De Adviescommissie Wetenschapsbevordering Specialismen wordt onafhankelijk samengesteld. Leden van bestuur en commissies binnen de Stichting WKK maken hiervan geen deel uit.
Ditzelfde geldt voor de samenstelling Commissie Financieel Toezicht, met dien verstande dat de penningmeester van het bestuur van de Stichting hiervan qualitate qua deel uit maakt. Aan de Commissie Financieel Toezicht is een gecertificeerde boekhouder of accountant verbonden.
Beoordelingscommissie(s) worden samengesteld door ter zake kundige geregistreerde specialisten en/of wetenschapsbeoefenaren, aangevuld met de voorzitter en secretaris van de Wetenschapscommissie. Van de beoordelingscommissie(s) mogen leden van de Wetenschapscommissie deel uitmaken.
Zie Bijlagen III t/m VI.
XI. Evaluatie
Het gevolgde beleid wordt jaarlijks inhoudelijk en financieel door het bestuur ge-evalueerd binnen het kader en de adviezen van AWS alsmede rapportage en bevindingen van de CFT, op geleide van de rapportage van de Wetenschapscommissie. Deze evaluatie maakt deel uit van het jaarverslag van de Stichting WKK.
XII. Verantwoording
Het bestuur van de Stichting WKK streeft een duidelijk beleid na, met een heldere, eenvoudige en transparante werkwijze in de procedure, beoordeling en berichtgeving.
Hoewel het bestuur in formeel juridische zin geen verantwoording verschuldigd is, legt zij in haar jaarverslag in maatschappelijke zin verantwoording af aan het collegiale forum van specialisten in Nederland, opgenomen in artikel 14 van de Wet BIG.